Schurkende
culturen
Je kunt
je overal op voorbereiden, behalve op een nieuwe cultuur in het nieuwe land van
emigratie. Die belevenis moet je ervaren. Dat doe ik elke dag en ik moet zeggen,
met stijgend enthousiasme. Elk land heeft natuurlijk zijn eigen cultuur met
gewoonten, aardigheden en vooral bijzondere eigenaardigheden.
Bij een
eigen cultuur hoort een eigen taal, en hoewel niet iedereen direct begreep
waarom ik naar Zweden wilde, “want dan moet je een andere taal leren”, liggen
de verschillen toch niet zo heel ver uit elkaar. De Nederlandse taal en Zweedse
taal hebben toch meer met elkaar gemeen dan je in eerste instantie zou denken.
Hoor je Zweden met elkaar converseren, snap je er echt geen hout van. Dan heb
ik het alleen nog maar over het “ABZ”. (“Algemeen Beschaafd Zweeds”) Het Zweeds
kent evenveel dialecten als het alfabet letters heeft. De oudere generatie uit
mijn dorp kan nauwelijks communiceren in hun dialect met hun leeftijdgenoten in
hun dialect vijftien kilometer verderop!? Toch heeft het “ABZ” veel raakvlakken
met het ABN. Ook grammaticaal is het allemaal minder moeilijk als je je er in
gaat verdiepen. Geen wonder, het zijn immers Germaanse talen. Spreek je de
Zweedse taal, dan ga je de Zweden ook veel beter begrijpen in hun doen en
laten. Vooral dat “laten” is erg belangrijk in de Zweedse cultuur. Men is erg
gesteld op privacy, vrijheid en het genieten van het leven. In veel opzichten
lijken Zweden wel een beetje wat dat betreft op de volkeren rond de
Middellandse Zee. Ondanks het verschil in klimaat hebben ze gemeen, dat als je
het rustig aan doet, het lijntje een stuk minder snel breekt. Op het werk merk
ik aan mijn collega’s dat ze de pauzes waar ze recht op hebben ook onverkort
nemen. Overwerk is een vies woord en een kwartier voor einde arbeid, begint men
voorbereidingen te treffen om daadwerkelijk huiswaarts te keren, als de klok
dat aangeeft. Ondanks dat een werkdag “normaal” acht uren bestrijkt, krijg je
aan het begin van zo’n arbeidsdag steevast te horen dat men moe is.Niet dat Zweden geen harde werkers zijn, integendeel, maar ik heb het idee dat ze hun energie bewaren voor het weekend dat in vele gevallen om vrijdag 12.00 uur al begint. In zo’n weekend, waarin vele Zweden afreizen naar hun weekendhuisje (stuga), is het motto dan ook: “geen gezeur, maandag ben je de eerste!”
Die opgeslagen energie halen ze uit de zes tot zeven maaltijden die ze per dag nuttigen. Mijn arbeidskameraden spreken steeds hun verbijstering uit dat ik ’s morgens ontbijt, ’s middags de lunch nuttig en ’s avonds van mijn warme prak geniet.
Ik moet wel vergaan van de honger, volgens sommigen. Het zijn eetgewoonten……...
Ondanks veel eigenaardigheden, andere gewoonten, de nieuwe voertaal en alles wat ik in het dagelijks Zweedse leven beleef, spreekt de cultuur mij erg aan.
Is het daarom, dat ik mij in Zweden zo thuis voel?
Roel
Heidema
www.vilasig-nederlands.webklik.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten