zondag 16 februari 2014

Column 31 Friesch Dagblad

Afgelopen vrijdag nr. 31:


Schurkende culturen

Je kunt je overal op voorbereiden, behalve op een nieuwe cultuur in het nieuwe land van emigratie. Die belevenis moet je ervaren. Dat doe ik elke dag en ik moet zeggen, met stijgend enthousiasme. Elk land heeft natuurlijk zijn eigen cultuur met gewoonten, aardigheden en vooral bijzondere eigenaardigheden.
Bij een eigen cultuur hoort een eigen taal, en hoewel niet iedereen direct begreep waarom ik naar Zweden wilde, “want dan moet je een andere taal leren”, liggen de verschillen toch niet zo heel ver uit elkaar. De Nederlandse taal en Zweedse taal hebben toch meer met elkaar gemeen dan je in eerste instantie zou denken. Hoor je Zweden met elkaar converseren, snap je er echt geen hout van. Dan heb ik het alleen nog maar over het “ABZ”. (“Algemeen Beschaafd Zweeds”) Het Zweeds kent evenveel dialecten als het alfabet letters heeft. De oudere generatie uit mijn dorp kan nauwelijks communiceren in hun dialect met hun leeftijdgenoten in hun dialect vijftien kilometer verderop!? Toch heeft het “ABZ” veel raakvlakken met het ABN. Ook grammaticaal is het allemaal minder moeilijk als je je er in gaat verdiepen. Geen wonder, het zijn immers Germaanse talen. Spreek je de Zweedse taal, dan ga je de Zweden ook veel beter begrijpen in hun doen en laten. Vooral dat “laten” is erg belangrijk in de Zweedse cultuur. Men is erg gesteld op privacy, vrijheid en het genieten van het leven. In veel opzichten lijken Zweden wel een beetje wat dat betreft op de volkeren rond de Middellandse Zee. Ondanks het verschil in klimaat hebben ze gemeen, dat als je het rustig aan doet, het lijntje een stuk minder snel breekt. Op het werk merk ik aan mijn collega’s dat ze de pauzes waar ze recht op hebben ook onverkort nemen. Overwerk is een vies woord en een kwartier voor einde arbeid, begint men voorbereidingen te treffen om daadwerkelijk huiswaarts te keren, als de klok dat aangeeft. Ondanks dat een werkdag “normaal” acht uren bestrijkt, krijg je aan het begin van zo’n arbeidsdag steevast te horen dat men moe is.
Niet dat Zweden geen harde werkers zijn, integendeel, maar ik heb het idee dat ze hun energie bewaren voor het weekend dat in vele gevallen om vrijdag 12.00 uur al begint. In zo’n weekend, waarin vele Zweden afreizen naar hun weekendhuisje (stuga), is het motto dan ook: “geen gezeur, maandag ben je de eerste!”
Die opgeslagen energie halen ze uit de zes tot zeven maaltijden die ze per dag nuttigen. Mijn arbeidskameraden spreken steeds hun verbijstering uit dat ik ’s morgens ontbijt, ’s middags de lunch nuttig en ’s avonds van mijn warme prak geniet.
Ik moet wel vergaan van de honger, volgens sommigen. Het zijn eetgewoonten……...
Ondanks veel eigenaardigheden, andere gewoonten, de nieuwe voertaal en alles wat ik in het dagelijks Zweedse leven beleef, spreekt de cultuur mij erg aan.
Is het daarom, dat ik mij in Zweden zo thuis voel?

Roel Heidema
www.vilasig-nederlands.webklik.nl

maandag 10 februari 2014

Column 30 Friesch Dagblad

Wat er in 1e instantie 6 zouden worden, zijn er intussen al 30 geworden. Hierbij de tekst:


Social Media

Onderschat de kracht, de noodzaak en het gemak van de social media niet!
Mijn generatie (1956) is niet opgegroeid met computers, mobiele telefoons en alle andere gadgets die daar aan vast hangen. Wij vielen er midden in en met vallen en opstaan zijn we “vingervlug” geworden in de omgang met deze onmisbare media.
Hoewel, vandaag de dag leer ik nog steeds bij omtrent de schijnbaar onuitputtelijke mogelijkheden die een computer biedt. Als ik zie hoe handig mijn kinderen omgaan met al dit “speelgoed” denk ik wel eens, nu al in andermans tijd te leven, zoals mijn grootvader placht te zeggen. De goede man, geboren in 1895, zag de eerste auto rijden, het eerste vliegtuig vliegen en maakte de komst van het elektriciteitsnet mee.
Het familieverhaal doet nog steeds de ronde van “de man van het elektries” die bij opa op de boerderij kwam met de vraag of hij ook aangesloten wilde worden op het net. De waakhond werd op hem losgelaten, want op zo’n oneervolle vraag was maar één antwoord mogelijk…….Met een hijgende hond in z’n kielzog hoorde de man van het EGD nog net dat stroom veel te gevaarlijk was op een boerderij. Stormlantaarns op petroleum, dat was pas betrouwbaar!
Nu we ons geen leven meer zonder stroom kunnen voorstellen, maken we er dagelijks dankbaar gebruik van. Je staat er niet altijd bij stil en dat moet ook niet, maar zonder die stroomvoorziening waren de contacten wereldwijd niet zo makkelijk toegankelijk. Vooral ook voor emigranten zijn de social media erg belangrijk. Het onderhouden van de contacten met familie, vrienden en iedereen die je dierbaar is, maken emigratieplannen zoveel makkelijker.
Ging je begin vorige eeuw emigreren naar bv Canada, schreef je jaarlijks een brief naar het thuisfront om te melden dat “alles nog in goeden welstand” verkeerde.
Nu kun je dagelijks online zijn en chatten, skypen, facebooken en noem maar op.
De wereld is er zoveel kleiner van geworden. Natuurlijk, ik zit 1700 km van m’n dierbaren en contact via skype is lang niet hetzelfde als het fysieke en het directe face to face contact, maar toch zou ik het niet willen missen. Met een vinger op het beeldscherm verdwijnt 1700 km als sneeuw voor de zon, ook al is het maar schijnbaar. Voor het verzamelen van alle nodige informatie die de prille emigrant behoeft is het computertijdperk ook onmisbaar. Alles wat je wilt weten over je nieuwe thuisland kun je vinden op het internet. Of de info altijd bruikbaar, up to date of juist is, is vers twee maar je komt er een eind mee. Ook nu ik in Zweden m’n plek heb gevonden en de weggetjes niet snel meer kwijt raak, kan ik hier niet meer zonder die digitale snelweg.
Wat een gemak, misschien toch iets om bij stil te staan?
Als opa mij nu eens kon zien……………….

Roel Heidema
www.vilasig-nederlands.webklik.nl

zaterdag 1 februari 2014

Column 29 Friesch Dagblad

Op naar de 30! Gisteren al nr. 29 van de columns van Roel in het Friesch Dagblad:

Vrije tijd

Zweden zijn hard werkende mensen. Weten hun verantwoordelijkheden naar werknemers en werkgevers. Daar staat tegenover dat zij ook goed weten wanneer een arbeidsdag stopt. Mijn ervaring is dat iedereen ruim van te voren, minstens een kwartier van te voren, aanwezig is op zijn werkplek. Als de arbeidsdag dan daadwerkelijk begint, wordt de klok nauwkeurig in de gaten gehouden. Heb je recht op pauze, dan neem je die ook en daar komt niemand aan. Aan het einde van een werkdag ruim je alles op om precies klokslag vijf de thuisreis te aanvaarden. Nu liggen de werktijden van een Zweedse ambtenaar anders dan van zwembadwerknemers, waarvan ik er één ben, maar toch zit er een strak schema in werk- en rusttijden. Ik woon en werk nu één jaar tussen mijn nieuwe landgenoten en onwillekeurig ga je zaken met elkaar vergelijken. Hoe was het in Nederland en hoe is het in Zweden? Dat is lang niet altijd raadzaam, beter is het alles te vergeten wat je aan ervaringen hebt opgedaan in “Holland” en je nieuwe gewoonten gaan aanleren. Eén van de dingen die mij opvalt is dat Zweedse werknemers zich heel vlot ziek melden. Eerst dacht ik dat het met een koude winterperiode te maken had, maar ook in de zomer is een telefoontje richting werkgever snel gemaakt als de wind ook maar een klein beetje uit een verkeerde hoek waait. Dat zou je niet verwachten van sterke stoere Zweden die toch ook een beetje het image hebben van halve Vikingen. Een andere reden om niet op je werk te verschijnen is wanneer je zieke kinderen hebt om voor te zorgen. Kinderen zijn voor de Zweden prioriteit nummer één - en zo hoort het ook - en is zelfs bij wet geregeld. Bel je in Nederland je moeder, je schoonmoeder, de buren of de oppas, in Zweden is een regeling van toepassing: VAB. Wat zoveel betekent als: “kan niet komen werken want m’n kinderen zijn ziek”. De consequentie is wel dat je voor die dagen maar 70% van het dagloon krijgt uitbetaald, maar dat zij zo. Uitgaande van een werknemer die dagelijks van 08.00 uur tot 17.00 uur werkt, begint het weekend vaak al op vrijdagmiddag 12.00 uur. Stoor hem dan ook niet meer met zakelijke rompslomp want zijn vrije tijd die hij doorbrengt met gezin, familie en vrienden is hem heilig. Wie een zomerhuisje heeft - en welke Zweed heeft dat niet - trekt massaal naar zijn oase van rust. Relatief kleine vakantiehuisjes (stugor) die vaak afgelegen liggen, worden zowel ‘s zomers als ‘s winters gebruikt. Soms liggen rustoases zo buiten de bewoonde wereld dat zij in de winter haast niet bereikbaar zijn. Zittend in hun sauna en warm water tobbe komt de Zweed weer helemaal bij om de maandag weer fris te beginnen. Gun hem die rust, hij heeft het verdiend!

Roel Heidema